Het portret van Mohammed B external link

NJB, num: 18, pp: 938-943., 2005

Abstract

De media moeten zich bij de bepaling van hun beleid door journalistieke overwegingen laten leiden en hoeven niet (altijd) bevreesd te zijn gerechtelijke procedures te gaan verliezen. Toegespitst op de zaak-Mohammed B. wordt hier betoogd, dat de rechtspraak van zowel de Hoge Raad als die van het EHRM voldoende aanknopingspunten biedt voor het standpunt dat publicatie (in de context van een zakelijke berichtgeving) van een portret van een verdachte in een strafzaak die de samenleving zeer ernstig heeft geschokt, niet onrechtmatig zal zijn jegens de verdachte, sterker dat een verbod in strijd zou zijn met de informatievrijheid die in artikel 10 EVRM is gegarandeerd. Dit geldt ook met betrekking tot uitzendin via televisie van de rechtszaak die straks tegen Mohammed B. zal plaats hebben.

Mediarecht

Bibtex

Article{nokey, title = {Het portret van Mohammed B}, author = {Schuijt, G.}, url = {http://www.ivir.nl/publicaties/download/1665.pdf}, year = {0517}, date = {2005-05-17}, journal = {NJB}, number = {18}, abstract = {De media moeten zich bij de bepaling van hun beleid door journalistieke overwegingen laten leiden en hoeven niet (altijd) bevreesd te zijn gerechtelijke procedures te gaan verliezen. Toegespitst op de zaak-Mohammed B. wordt hier betoogd, dat de rechtspraak van zowel de Hoge Raad als die van het EHRM voldoende aanknopingspunten biedt voor het standpunt dat publicatie (in de context van een zakelijke berichtgeving) van een portret van een verdachte in een strafzaak die de samenleving zeer ernstig heeft geschokt, niet onrechtmatig zal zijn jegens de verdachte, sterker dat een verbod in strijd zou zijn met de informatievrijheid die in artikel 10 EVRM is gegarandeerd. Dit geldt ook met betrekking tot uitzendin via televisie van de rechtszaak die straks tegen Mohammed B. zal plaats hebben.}, keywords = {Mediarecht}, }

Annotatie bij Hoge Raad 2 september 2005 (Ostade Blade / Staat) external link

Mediaforum, num: 10, pp: 341-345., 2006

Mediarecht

Bibtex

Case note{nokey, title = {Annotatie bij Hoge Raad 2 september 2005 (Ostade Blade / Staat)}, author = {Schuijt, G.}, url = {http://www.ivir.nl/publicaties/download/1664.pdf}, year = {0124}, date = {2006-01-24}, journal = {Mediaforum}, number = {10}, keywords = {Mediarecht}, }

Misstanden moeten aan het licht komen: een wet op het verschoningsrecht van journalisten is niet nodig external link

Trouw, pp: 8., 2007

Mediarecht, Persrecht

Bibtex

Newspaper article{nokey, title = {Misstanden moeten aan het licht komen: een wet op het verschoningsrecht van journalisten is niet nodig}, author = {Schuijt, G.}, url = {http://www.ivir.nl/publicaties/download/1662.pdf}, year = {1129}, date = {2007-11-29}, journal = {Trouw}, keywords = {Mediarecht, Persrecht}, }

De scoop van Hendrik Arie Lunshof, journalist external link

Pro Memorie, num: 2, pp: 329-347., 2008

Abstract

We zouden het tegenwoordig een 'scoop' noemen. In de naoorlogse periode van strijd tussen voor- en tegenstanders van dekolonisatie publiceerde Elseviers Weekblad van 11 januari 1947 grote stukken uit de geheime notulen van de conferentie in Linggadjati. Die onthulling zou de Nederlandse onderhandelaars, onder wie Luitenant-Gouverneur-Generaal Huib van Mook en oud-minister-president Willem Schermerhorn, als verraders en verkwanselaars van de Kroon moeten ontmaskeren. Hendrik Arie (Henk) Lunshof, hoofdredacteur van het weekblad, had de notulen één nacht mogen inzien en had ze als een gek zitten overschrijven. Hij schreef daarmee persgeschiedenis, want een dergelijke spectaculaire onthulling was nog zelden vertoond. Lunshof schreef ook persgeschiedenis doordat zijn weigering de naam te noemen van wie hij de notulen toegespeeld had gekregen, leidde tot een arrest van de Hoge Raad, waarin zijn beroep op een journalistiek verschoningsrecht werd afgewezen. Dat arrest was een halve eeuw bepalend voor de rechtspraak in Nederland op dit punt. In deze bijdrage wordt dit stukje persgeschiedenis én een stukje persrechtsgeschiedenis wat nader onder de loep genomen. Ik besluit met enkele lijnen naar het heden en weer terug.

Mediarecht, Persrecht

Bibtex

Article{nokey, title = {De scoop van Hendrik Arie Lunshof, journalist}, author = {Schuijt, G.}, url = {http://www.ivir.nl/publicaties/download/1661.pdf}, year = {0118}, date = {2008-01-18}, journal = {Pro Memorie}, number = {2}, abstract = {We zouden het tegenwoordig een 'scoop' noemen. In de naoorlogse periode van strijd tussen voor- en tegenstanders van dekolonisatie publiceerde Elseviers Weekblad van 11 januari 1947 grote stukken uit de geheime notulen van de conferentie in Linggadjati. Die onthulling zou de Nederlandse onderhandelaars, onder wie Luitenant-Gouverneur-Generaal Huib van Mook en oud-minister-president Willem Schermerhorn, als verraders en verkwanselaars van de Kroon moeten ontmaskeren. Hendrik Arie (Henk) Lunshof, hoofdredacteur van het weekblad, had de notulen één nacht mogen inzien en had ze als een gek zitten overschrijven. Hij schreef daarmee persgeschiedenis, want een dergelijke spectaculaire onthulling was nog zelden vertoond. Lunshof schreef ook persgeschiedenis doordat zijn weigering de naam te noemen van wie hij de notulen toegespeeld had gekregen, leidde tot een arrest van de Hoge Raad, waarin zijn beroep op een journalistiek verschoningsrecht werd afgewezen. Dat arrest was een halve eeuw bepalend voor de rechtspraak in Nederland op dit punt. In deze bijdrage wordt dit stukje persgeschiedenis én een stukje persrechtsgeschiedenis wat nader onder de loep genomen. Ik besluit met enkele lijnen naar het heden en weer terug.}, keywords = {Mediarecht, Persrecht}, }

Gijzeling van een journalist die weigert zijn bron te noemen external link

NJCM-Bulletin, num: 1, pp: 75-89., 2008

Abstract

Op 22 september 2000 besloot het Gerechtshof Amsterdam de journalist Koen Voskuil, van het gratis verspreide dagblad Sp!ts, te gijzelen, omdat hij weigerde de bron te noemen van door hem gepubliceerde informatie. Dat besluit vormde een inbreuk op de in artikel 10 EVRM gegarandeerde informatievrijheid, die naar het oordeel van het EHRM niet werd gerechtvaardigd door de beperkingsclausules van artikel 10, tweede lid, EVRM. De door het gerechtshof aangevoerde reden, het waarborgen van een eerlijk proces aan de verdachte Mink K en twee medeverdachten, was niet relevant. De andere reden die het gerechtshof noemde, de integriteit van de politie (en dus het achterhalen van de identiteit van de politiebeamte die de bron van de journalist was geweest) was niet voldoende om het belang van de bronbescherming opzij te zetten. Het EHRM is er verbaasd over hoe ver men in Nederland bereid is te gaan om de identiteit van een klokkenluider te achterhalen en de mogelijkheden waarover de autoriteiten daarvoor beschikken. Dat heeft niet alleen een afschrikkend effect op de vrije journalistiek, maar óók op iedereen die met misstanden in zijn omgeving naar buiten wil komen door die ter kennis van de media te brengen. Het EHRM constateert tevens een schending van artikel 5 EVRM.

Mediarecht

Bibtex

Article{nokey, title = {Gijzeling van een journalist die weigert zijn bron te noemen}, author = {Schuijt, G.}, url = {http://www.ivir.nl/publicaties/download/1660.pdf}, year = {0207}, date = {2008-02-07}, journal = {NJCM-Bulletin}, number = {1}, abstract = {Op 22 september 2000 besloot het Gerechtshof Amsterdam de journalist Koen Voskuil, van het gratis verspreide dagblad Sp!ts, te gijzelen, omdat hij weigerde de bron te noemen van door hem gepubliceerde informatie. Dat besluit vormde een inbreuk op de in artikel 10 EVRM gegarandeerde informatievrijheid, die naar het oordeel van het EHRM niet werd gerechtvaardigd door de beperkingsclausules van artikel 10, tweede lid, EVRM. De door het gerechtshof aangevoerde reden, het waarborgen van een eerlijk proces aan de verdachte Mink K en twee medeverdachten, was niet relevant. De andere reden die het gerechtshof noemde, de integriteit van de politie (en dus het achterhalen van de identiteit van de politiebeamte die de bron van de journalist was geweest) was niet voldoende om het belang van de bronbescherming opzij te zetten. Het EHRM is er verbaasd over hoe ver men in Nederland bereid is te gaan om de identiteit van een klokkenluider te achterhalen en de mogelijkheden waarover de autoriteiten daarvoor beschikken. Dat heeft niet alleen een afschrikkend effect op de vrije journalistiek, maar óók op iedereen die met misstanden in zijn omgeving naar buiten wil komen door die ter kennis van de media te brengen. Het EHRM constateert tevens een schending van artikel 5 EVRM.}, keywords = {Mediarecht}, }

Journalistieke ethiek en recht external link

Abstract

De beoordeling van publicaties en journalistieke gedragingen door de rechter verschilt van de beoordeling door de Raad voor de Journalistiek. De Raad voor de Journalistiek oordeelt aan de hand van journalistiek-ethische normen. De rechter hanteert een rechtsnorm en is daardoor gebonden aan artikel 10 EVRM, dat de uitingsvrijheid garandeert. Een en ander wordt aan de hand van een aantal uitspraken aangetoond.

Mediarecht, Persrecht

Bibtex

Other{nokey, title = {Journalistieke ethiek en recht}, author = {Schuijt, G.}, url = {http://www.ivir.nl/publicaties/download/1653.pdf}, year = {0313}, date = {1998-03-13}, abstract = {De beoordeling van publicaties en journalistieke gedragingen door de rechter verschilt van de beoordeling door de Raad voor de Journalistiek. De Raad voor de Journalistiek oordeelt aan de hand van journalistiek-ethische normen. De rechter hanteert een rechtsnorm en is daardoor gebonden aan artikel 10 EVRM, dat de uitingsvrijheid garandeert. Een en ander wordt aan de hand van een aantal uitspraken aangetoond.}, keywords = {Mediarecht, Persrecht}, }